Klik hier om volledige album te bekijken
Hier ben ik dan in Kaapstad. Het voelt ondertussen een beetje als mijn tweede thuis. Mijn verblijf voor de eerste veertien dagen lijkt de perfecte plek om me op mijn schrijfsels te storten. Ik logeer in wat ooit de vertrekken van de meid waren in een oude Engelse villa. Het zicht is fantastisch. Ik kijk uit op Tafelberg, met aan zijn voeten Kaapstad. De stad waar ik op zoek ga naar ervaringen van mensen met hun stad. Craig en Brigid, mijn gastfamilie, zijn niet de typische 'witte' Afrikanen. Hier is geen inwonend personeel, wat de meeste buurtbewoners wel hebben. De 'meiden' van de buurtbewoners kom ik dagelijks tegen op mijn namiddagwandeling, slenterend met de honden, zich afvragend waarom die dieren zonodig aan een halsband moeten uitgelaten worden. Met een van heb heb ik al wat kennis gemaakt. Ze vroeg zich af waarom ik ook liep te wandelen en dan nog wel zonder hond. Was ik verloren gelopen? Ik zei van niet. Kom net uit Belgie aan en kan een beetje beweging gebruiken. Ze vond het grappig. Zomaar een beetje wandelen, nergens naartoe? Ja, zei ik. Ik ga straks naar huis, vertelde ze me. Ik woon even buiten stad maar ben van de Eastern Cape. Maandelijks bezoekt ze haar familie daar. Maar ik hou niet van wandelen, eindigde ze het gesprek, weer lachend. Elke dag zien we elkaar, laat ze een beetje meer los van haar leven, en noemt ze me de 'crazy walker without a dog'. Ze is Zulu, een jonge grootmoeder en haar jongste dochter gaat pas naar een nieuwe school. De mensen bij wie Cornelia werkt, betalen een stuk van het schoolgeld van de jongste dochter, want ze studeert goed en ze verdient een betere school dan die in de buurt waar ze wonen. De meeste scholen in de townships zijn niet zo fantastisch, vertelt ze me.
Brigid, mijn gastvrouw, legt me 's avonds uit - in de family lounge aan het haardvuur met een cup of tea, want hier is het winter en er is geen centrale verwarming - dat het onderwijs voor de zwarte bevolking en de coloured hier nog altijd slecht is. Vooral bij de laatste groep is er veel 'gang'geweld. Zij worden door de zwarte bevolking wat aan de kant geschoven. Brigid is actief betrokken bij onderwijsprojecten in townships. Het zijn soms wel schrijnende verhalen, zegt ze. Een van de leerkrachten vertelde onlangs dat een jongetje van zeven haar kwam vertellen dat zijn papa hem meedeelde dat school niet belangrijk is want hij kon later meer en gemakkelijker geld verdienen met drugsdealing. Je wordt er moedeloos van, besluit Brigid.
Het is schrijnend en jammer genoeg de realiteit van een groot deel van de bevolking hier.
Nochtans zijn niet alle verhalen zijn zo hopeloos en soms moet je de creativiteit van de inwoners van die krottenwijken bewonderen. Bij het voorbijrijden van een van de wijken wees Craig me op de vele satellieten die er waren. Krottenbewoners kopen zich een satelliet en vragen geld aan mensen om bij hen tv te komen kijken. Ze organiseren een soort shebeen, een thuiscafé. Als je niets hebt, moet je zoeken naar andere manieren om geld in het laatje te krijgen. Wat verder passeren we een wijk met wat ze in Zuid-Afrika 'matchboxhuisjes of luciferdooshuisjes' noemen. Het zijn de typische townshiphuizen die ter vervanging van de krotten komen. De huizen zijn volledig gesubsidieerd en mensen kunnen er gratis wonen. Komend uit België, leek het me niet vreemd dat aan de huisjes nog kotjes waren gebouwd. Iedere treinreiziger kent het kotjessyndroom van de Belg. In de townships van Zuid-Afrika kennen ze het fenomeen ook. De bewoners bouwen aan het huis 'provisoire' huisjes maar verhuren het betere huis en wonen zelf in de krotten. Ze worden de 'back yard dwellers' of 'achtertuinbewoners' genoemd. En ja, dit geeft hen de mogelijkheid om meer dan een extra centje bij te verdienen.
Zo zijn er wellicht duizenden boeiende verhalen van de townships. Maar ik kwam hier zoeken naar de 'Afrikaner' sprekende bevolking. Mensen die me op de een of andere manier intrigeren. Het is een vreemde mix van het kwade en het goede. Er is die verschrikkelijke geschiedenis van apartheid die ze met zich meedragen maar tevens maken zij ook deel uit van Zuid-Afrika. Ze wonen hier al eeuwen en generaties van voorouders liggen hier begraven. Wat denken zij van het verleden maar vooral hoe zien zij het land veranderen, wat is hun hoop en hoe zien ze zichzelf als groep in de toekomst? Kunnen zij hun grenzen verleggen en verder kijken dan de Christen conservatieve Afrikaner identiteit. Maar er is ook een grote groep Afrikaner sprekende 'coloured people', hoe profileren zij zich en wat is hun band met de Afrikaner taal en identiteit? Met het zicht vanuit mijn raam op Kaapstad op een letterlijk verdeelde stad, zelfs geografisch van arm en rijk, blank, gekleurd en zwart, weet ik dat er ongetwijfeld boeiende personen zijn die me hun beleven van hun wereld willen vertellen.