Het is maandagavond. Leuven by night… hallucinant leeg, gelukkig kleuren de lichten op de gebouwen de avond in de stad. De leegheid overvalt me. Het is eind oktober en niettegenstaande de maandag nooit de drukste avond was in de studentensteden was de stad toch het decor van studenten die nog vol vrolijkheid en goede moed de straten van Leuven vulden. Café’s, restaurants, take-aways draaiden op volle toeren, jonge mensen troepten bijeen op de straat of bij elkaar op kot… Nu bijna niemand, alles dicht, alleen een virus dat onzichtbaar over de straten waadt.
Je zal nu maar jong en student zijn… net die dag hadden we op onze faculteit een vergadering hoe het verder moet. De sfeer is wat gelaten. We willen ons best doen en blijven doen maar hoe kunnen we het verder veilig blijven organiseren? Het welbevinden, welzijn en gezondheid van de studenten en het personeel staan op het spel. Zoals dat gaat op vergaderingen zijn er verschillende meningen. Is teruggaan naar volledig online-onderwijs een optie? Geen sinecure voor architecten in opleiding. Kunnen we ateliers veilig blijven organiseren? Contact hebben en bij elkaar zitten horen wel bij het maken van opdrachten. Kunnen we nog kleinere groepjes maken? Is er nog voldoende mankracht en plaats om het te herorganiseren? Samen naar een locatie rijden in de wagen. Het openbaar vervoer nemen is ook niet evident…Groepswerk blijkt toch moeilijk als het online moet gebeuren… Er wordt heen en weer van gedachten gewisseld. Hoe kunnen we dit veilig organiseren? Ventileren, ramen open, buiten werken, tenten opzetten… iets evidenter in het idyllische klooster te Gent dan in de Meurop, ons gebouw in het dichtbebouwde Brussel.
Ik luister en hoor de docenten allemaal hun bezorgdheden uiten. Voor alle meningen valt iets te zeggen. Het is zo een moeilijke discussie. De neveneffecten eenzaamheid en onzekerheid zorgen toch ook voor schade bij deze jonge mensen maar wanneer moeten we beslissen dat het virus te schadelijk is om nog fysisch bijeen te komen. Want hier vreet de angst als neveneffect ook aan de mentale gezondheid van docenten en studenten. De cijfers zijn niet goed en de statistische kans om het te krijgen wordt met de dag groter… Hoe ver moeten we gaan? Ik weet het ook niet. Soms denk ik, stop de wereld even zodat we allemaal kunnen resetten.
Het beleid neemt de bezorgdheden mee. Ik loop ’s avonds over de lege straten in Leuven en ik maak me de bedenking dat ik niet in hun schoenen wens te staan. Hoe kan je hierover een juiste beslissing nemen? Het stemt me somber. Achter de verlichte ramen zitten wellicht veel studenten op het kleine scherm naar hun online les te staren, ondertussen een virtueel gesprek te voeren met vrienden en medestudenten, wellicht hier en daar toch een bijeenkomst van enkele studenten om toch wat van het studentenleven te kunnen ‘genieten’.
Je zal nu maar student zijn… het zoveelste gesprek met studenten die het niet meer zien zitten omdat de eenzaamheid, angst, onzekerheid hun jong zijn zo belemmeren.
Je zal nu maar student zijn… een tijd waarin je het leven moet ontdekken. Niet alleen het opdoen van veel kennis maar ook het mens worden, samen met leeftijdsgenoten de grenzen van het leven en de wereld ontdekken en dan stelt een virus geen grens meer maar een stop aan dit alles. Hun leven wordt verengd tot een pc-scherm.
Ondertussen heeft de Vlaamse Overheid beslist dat hogescholen ook online moeten gaan tot zeker al 12 november. Hopelijk kunnen we hiermee de verspreiding van het virus wat tegenhouden.
Ik bekijk nog eens de foto’s van de lege stad. Wellicht zal de leegheid de enige optie zijn om het virus te verslaan. De vraag is hoe lang de leegheid het dominante straatbeeld zal zijn.
Een student zei me gisteren…’ ik heb veel aan het elkaar zien tijdens de weinige momenten maar als het moet dat we thuis moeten blijven, dan moet het. Misschien moeten we even hard zijn om het virus te verslaan om rampen te vermijden.’
Je zal nu maar student zijn… als het hen toch iets leert is dat solidariteit met de rest van de samenleving noodzakelijk is om het eigen welzijn te kunnen behouden.
Hopelijk blijven de lichtjes de stad levendig houden en brengen ze wat hoop in deze donkere tijden.
Pagina's
woensdag 28 oktober 2020
maandag 19 oktober 2020
30 jaar
Ze komen en gaan… huwelijksverjaardagen… 30 jaar geleden zetten we ons gemeenschappelijke leven in met veel zwier. 30 jaar later had het met evenveel zwier moeten gevierd worden ware het niet van een virus dat we de feestelijkheden in beperkte kring moeten houden.
Op de tafel ligt een fotoboek dat onze dochters ineenstaken voor onze 25ste huwelijksverjaardag. Het boek begint met een foto van ons huwelijk. Het weer was bijna identiek… de herfstzon kleurde onze dag met een goudgele gloed. We waren jong en hadden een droom… samen iets te maken van de tijd die voor ons lag. We hadden niet zoveel ambitie… André beëindigde zijn doctoraat in fysica en zoals dit dan gaat dacht hij iets te doen met fysica. Ik had geen professionele ambities… een operazangeres zou ik niet worden, mijn kinderdroom om dokter te worden was ook al geen optie maar de wereld zien stond nog op mijn lijstje. We hadden een match. André solliciteerde en kon de wetten der fysica verder uitdiepen in Caltech, Pasadena, het walhalla voor wetenschappers en nu alom gekend door de Big Bang Theory (jaha, this is the nerd I married en ik voel me vaak als Penny tussen die brainie weirdos). Mijn nieuwsgierigheid om de wereld te ontdekken werd realiteit. Pasadena, bij Los Angeles, in California… geef toe… het was a girl’s dream come true. Stephen Hawking kruisde vaak ons pad op de idyllische campus van Caltech, we maakten het grootse feest mee van een 92-jarige nobelprijswinnaar, Michael Jackson nam er een videoclip op, Randy Newman woonde er, Eddie Van Halen liep er rond en tal van films en series werden er opgenomen. Starstruck is een understatement. En toch was Pasadena meer dan wereldsterren. Wat een locatie om als jong koppel samen een leven te beginnen. We maakten vele vrienden (zelfs voor het leven) bij de jonge wetenschappers en echtgenoten die van overal in de wereld de wetenschap maar vooral de wereld wilden ontdekken, we reisden rond in een land dat zo divers is en onze oudste dochter Emily zag het levenslicht op Sunset Boulevard, Hollywood. Het was een start waar we nooit hadden durven van dromen op onze huwelijksdag. Nog heel even lonkte Australië maar Leuven won de strijd want André kon er aan zijn Alma Mater KU Leuven een carrière als wetenschapper beginnen. Zo gaat dat in het leven… met een ervaring en een dochter rijker nestelden we ons aanvankelijk in Heverlee en uiteindelijk in Boutersem. Een nieuwe vriendenkring bouwde zich op, ik werd ook een KU Leuven-werknemer en dan was het tijd voor een tweede dochter, Kamilla. Mijn passie voor andere culturen vertaalde zich in het leren van andere talen en het werken met internationale studenten en de fysica was nog altijd een passie voor André. Het reizen bleven we doen maar zich ergens ver in de wereld nestelen gebeurde niet meer tot fysica ons naar Kaapstad, Zuid-Afrika bracht. Kamilla vierde er haar eerste verjaardag en met tussenpauzen maakten we een tweede thuis van de Kaapstreek. We verloren er ons hart in een land vol tegenstellingen. Zozeer zelfs dat ik het de moeite vond antropologie bij te studeren. Mijn passie om de wereld te ontdekken kreeg een wetenschappelijk tintje. Ik gaf mijn job tijdelijk op en werd terug student voor een paar jaar… het liep niet altijd van een leien dakje want op je 45-ste terug geconfronteerd worden met je eigen beperkingen is niet evident. Zou ik het opnieuw doen… heel zeker. Het heeft me op een andere manier leren kijken naar de maatschappij rondom mij en mezelf. André maakte ondertussen carrière binnen de gremia van de KU Leuven zoals ze dit heten. Emily begon haar studies aan de KU Leuven in politieke wetenschappen en Kamilla was een begenadigd zwemster. En zo kabbelt het leven verder… Samen ontdekten we vele dingen. Naast Zuid-Afrika zorgt de natuur in Zweden voor de rust die we af en toe nodig hebben, reizen we rond, houden we van muziek, toneel en musea, en verliezen we ons in boeken en zoals echte Bourgondiërs ook in lekker eten en drank …. Uiteraard zijn er ook passies die we niet delen… Gelukkig. Volleybal wordt nooit mijn ding en André doet zijn best maar echt warm wordt hij niet van films kijken.
Dertig jaar later klinkt ons leven toch een beetje cliché… twee dochters, twee auto’s en een huis met een hond en kat. André doceert nog steeds fysica en probeert nog altijd de wetten der fysica te doorgronden. Ik werk nog aan de KU Leuven, weliswaar in Schaarbeek, waar ik probeer studenten zich thuis te laten voelen in de nieuwe wereld van het studeren en de universiteit, Kamilla is bijna psychologe en… Emily is getrouwd dertig jaar na ons huwelijk. Het fotoboek moet nog verder aangevuld worden. We willen nog als echte bluesfans de Mississppi afrijden, Afrika verder afreizen van Mali (Blues) tot Congo (waar mijn vader zijn strijd tegen onrechtvaardigheid begon), China doorkruisen van Mongolië tot het diepste Zuiden, mijn 60ste verjaardag in Australië vieren met mij vriendin Dee, Latijns-Amerika en mijn vele oud-studenten daar bezoeken en vooral mijn petekind Leo in Ecuador ontmoeten, ... En misschien nog eens een verblijf in Canada waar ik als kind vertoefde. Realiseren we nog die dromen of niet… wie weet. Niet alles was perfect, af en toe was er een hoek af... Dit is wie we zijn. Er waren nooit grootse verwachtingen, nooit grootse ambities… alleen maar het beste proberen te maken van wat er op ons gezin afkomt. Zo werkt het voor ons en hopelijk nog vele jaren. En tenslotte is onze mooiste droom dat onze dochters er het ook het beste van kunnen maken, zoals het op hen afkomt samen met hun partners.
Abonneren op:
Posts (Atom)